Wat leren we in groep 5?

In groep 5 gaat uw kind verder met de stof waar groep 4 is geëindigd. Er vindt een goede overdracht plaats tussen de leerkrachten van deze beide groepen, zodat er een goede aansluiting is van groep 4 naar groep 5.

Sociaal-emotionele ontwikkeling
In groep 5 wordt er veel aandacht besteed aan het zelf oplossen van een probleem; probeer eerst zelf aan te geven dat je iets niet leuk vindt en vraag het kind om te stoppen. Wanneer het kind doorgaat, mag je de juf vragen te helpen met het oplossen van het probleem. De kanjerregels worden wekelijks herhaald:

  • We vertrouwen elkaar.
  • Niemand speelt de baas.
  • Niemand lacht uit.
  • Niemand doet zielig.
  • We helpen elkaar.

Taal en lezen

De kinderen werken in groep 5 volgens een vast stramien: “van impressie naar expressie”. Dit doen ze met de 8 thema’s uit de methode ‘Staal’. Elke thema start met een themafilm. Vervolgens komen woordenschat, taalverkenning, spreken en luisteren en schrijven aan bod. De expressie kan zijn: een afsluitende presentatie, een les schrijven en geven, een mini-werkstuk maken of een informatief artikel schrijven en publiceren. Naast taal van de methode Staal, wordt er ook vier keer in de week spelling gegeven in groep 5. Verschillende spellingcategorieën worden aangeleerd aan de hand van vaste regels. Ook deze lessen komen uit de methode Staal. Hiernaast worden er nog andere methodes gebruikt die het lezen, schrijven en gebruiken van taal bevorderen:

  • Lezen: Avi M5 - E5, korte informatieve teksten;
  • Technisch lezen: de methode Karakter;
  • Begrijpend lezen: Close reading, Nieuwsbegrip en andere teksten;
  • Schrijven: onderhoud van het handschrift m.b.v. de methode Klinkers;
  • Stellen: (functionele) tekst, plezier in schrijven behouden;
  • Spreken/luisteren: deelnemen aan gesprekken, meningen herkennen;
  • Spelling: aanleren van verschillende spellingcategorieën aan de hand van vaste regels, leestekens . , : “ ? ! Zinsontleding zoals, werkwoord, lidwoord, zelfstandig naamwoord;
  • Woordenschat uitbreiden bij de taalmethode Staal.

Rekenen tot 1000

Begin groep 5 worden de aangeleerde onderdelen van groep 4 herhaald. Daarna wordt er overgestapt op rekenen over het 100-tal tot rekenen tot 1000.

In de loop van het jaar worden alle tafels van vermenigvuldiging tot 10 uit hun hoofd geleerd. Ze kunnen hiervan een tafeldiploma halen als ze de tafels snel en goed op kunnen zeggen en ook sommen hiervan door elkaar kunnen opzeggen. Er vindt een uitbreiding plaats van wegen, meten en inhoud. Bij klokkijken worden digitale tijden uitgebreid en leren de kinderen hoeveel tijdsverschil er tussen tijden zit. We maken gebruik van de methode 'Pluspunt 4'. 

Tijdens rekenen leren de kinderen o.a.:

  • +/- t/m 1000;
  • Getalbegrip t/m 10000;
  • Tafels van vermenigvuldiging: 1 t/m 10;
  • Meten: kilometer, meter, decimeter, centimeter, millimeter, kommagetallen bv 2,40 m, oppervlakte en omtrek;
  • Gewicht: kilogram, gram;
  • Inhoud: liter, deciliter, milliliter;
  • Klokkijken: hele, halve uren, kwartieren, minuten en seconden analoog, hele, halve uren, kwartieren en minuten digitaal, tijdsduur, maanden van het jaar;
  • Geld: gepast en terugbetalen tot 100 euro en tot 1 euro, komma in een geldbedrag.

Aandacht voor de wereld om je heen

Wereldoriëntatie is de verzamelnaam voor de vakken geschiedenis, aardrijkskunde, biologie, techniek en verkeer. Deze vakken sluiten aan bij de interesse die kinderen krijgen voor de wereld om hen heen en komen wekelijks aan bod in een geïntegreerde methode: Blink. De thema’s starten met een introductie van het thema, waarin de doelen en het gezamenlijke eindproduct aan bod komen. De intro bevat ook een aantal ‘triggers’ om de kinderen nieuwsgierig te maken en te bekijken wat ze aan voorkennis hebben. Vervolgens krijgen ze eerst een basis aan inhoud en vaardigheden geboden door middel van de geleide onderzoekslessen die je gezamenlijk met de hele klas doet. Daarna volgt de Test jezelf (wat weet ik nu al? wat vind ik interessant?) en gaan ze zelf aan de slag met hun eigen onderzoeksvraag. Ze doen onderzoek, ze maken een eigen product en ze werken samen toe naar de eindpresentatie. Elk thema eindigt met een evaluatie.

Kinderen werken naast de materialen uit de methode 'Blink', ook met de lessen van Veilig Verkeer Nederland, de Techniektorens en kijken naar ‘de buitendienst’, een televisieprogramma van SchoolTV.

Engels

Een maal per week krijgen de kinderen in groep 5 Engels uit de methode Blink Groove me. Dit is een digitale methode waar de kinderen Engels leren door te spreken, schrijven en luisteren via songteksten. 

Creatieve ontwikkeling

Naast alle vakken wordt er in groep 5 ook nog aandacht besteed aan creatieve ontwikkeling. Zo staat er wekelijks een tekenles, handvaardigheidsles, dramales en/of muziekles op het programma. Dit zal ook tijdens Talentonderwijs aangeboden worden.

Bewegingsonderwijs

De leerlingen krijgen twee keer per week een les bewegingsonderwijs aangeboden in de gymzaal, waarvan één keer gegeven door een vakleerkracht en één keer door de groepsleerkracht zelf.

Huiswerk

In groep 5 krijgen de kinderen nog geen huiswerk, maar zijn er wel een aantal dingen die zij thuis moeten voorbereiden of leren. Zo krijgen zij voor een toets van aardrijkskunde, geschiedenis of naut een samenvatting mee die zij kunnen leren. Ook leren zij thuis voor de topografie toetsen die ze later in het jaar zullen krijgen. Verder bereiden de kinderen in groep 5 tweemaal per jaar een boekbespreking voor. Op deze manier kan een kind De kinderen mogen zelf kiezen of ze al een spreekbeurt willen houden, maar dit is nog niet verplicht. Ook raden de leerkrachten aan om thuis de tafels te blijven oefenen.